De Meern,
12
december
2016
|
00:00
Europe/Amsterdam

Column: Een dringende oproep voor meer daglicht

Samenvatting

Medio november maakte de overheid bekend alsnog af te zien van haar voornemen om in de nieuwe Omgevingswet de minimumeisen voor daglicht terug te brengen naar slechts 0,5 m2 per verblijfsruimte. De Minister van Infrastructuur en Milieu gaat de ondergrens handhaven op het niveau van het Bouwbesluit uit 2012 en komt daarmee tegemoet aan een belangrijk verzoek vanuit de sector ‘om gezondheid in gebouwen prioriteit te geven of dit niet te veel te dereguleren’. Ik heb echter nog een dringende oproep. 

Natuurlijk ben ik blij dat Minister Schultz van Haegen en haar ambtenaren goed hebben geluisterd naar onze argumenten en die van talloze andere organisaties. Met het handhaven van de ondergrens voor daglichttoetreding (raam, vloeroppervlakte ratio van 10%) kiest de overheid een acceptabele ondergrens. Deze ondergrens zorgt echter niet zozeer voor een betere woonkwaliteit. Daarom moeten we een hogere ambitie nastreven wat betreft daglicht in gebouwen.

Volg de Europese richtlijnen en normen!
Mijn advies: volg de Europese richtlijnen en normen op dit gebied, zoals de prEN 17037. Deze bepaalt namelijk de ‘echte’ kwaliteit van daglicht in ruimtes. De kwaliteit is naast de grootte van de daglichtopening ook afhankelijk van de spreiding van het licht in de ruimte, het uitzicht en de mate en duur van direct invallend zonlicht. De Europese daglichtnormering prEN 17037 bepaalt een gemiddelde daglichtfactor en biedt informatieve handreikingen om met daglicht een gezonde leefomgeving te creëren. Het draagt ertoe bij dat de daglichtniveaus in gebouwen hoger worden dan bij de huidige, beperkte, bepalingsmethode (NEN 2057). Omdat er met visualisatiesoftware wordt gerekend, kan een prestatie worden vastgelegd die uitstekend past in het gebouwdossier.

Energiezuinigheid en gezondheid gaan goed samen
De Europese daglichtnormering leidt waarschijnlijk tot nieuwe gedachten over de vorm en de ligging van ruimtes en de onderlinge verhoudingen tussen ramen en ruimtes. Per saldo is het een verzwaring ten opzichte van de huidige eisen, waarmee de overheid aantoont dat zij de gezondheid van de bewoners in gebouwen voorop zet. De markt kan hierin zijn verantwoordelijkheid nemen door met de verschillende ambitieniveaus aan te tonen dat energiezuinigheid hand in hand kan gaan met gezondheid.

Daarom pleit ik voor het opnemen van deze Europese norm voor ons land. Als we die stap nu zetten, borgen we een kwalitatief goed daglichtniveau in onze verblijfsruimtes. En dan erkennen we de relevantie hiervan voor onze gezondheid.

Beste overheid, de keuze is aan u!

Michel Sombroek